Rustext 1

Rustext 2

Rustext 3

Rustext 4

Rustext 5

Rustext 6

Rustext 7

Rustext 8

Rustext 9

Rustext 10

Rustext 11

Rustext 12

Rustext 13

Rustext 14

Rustext 15
Rustext 16

Rustext 17

Rustext 18

Rustext 19

Rustext 20

Rustext 21

Rustext 22

Rustext 23

Rustext 24

Rustext 25

Rustext 26

   

 
Ader in Moskou.


Maandag, 28 februari 1994. Samen met Marion van Wijk, actrice bij toneelgroep Hetero, scheur ik door de Noordoostpolder, met achterin de laadbak 180 kilo aardappelen. De bintjes vormen onderdeel van ons decor, dat verder hoofdzakelijk bestaat uit een pluchen Porsche 911. Neil Young schalt uit de stereo: 'I fell in love with an actress, because she was playing a part that I could understand'. Ik heb een baard van vier maanden en draag een groen landmachtjack met bill bottoms. Waarom doe ik dit? Vanwege een co-performance in het stuk 'Een slet van tien dollar' in het Amsterdamse Veemtheater aan het IJ.

'Een slet van tien dollar' (aankomst) is het eerste van een performance-drieluik over leven en werk van Bas Jan Ader, dat ik in opdracht van Hetero schreef. Al zes maanden speur ik intensief naar aanwijzingen omtrent deze Nederlandse conceptueel-realist uit Los Angeles, die in de herfst van 1975 'spoorloos' verdween. Bas Jan was gek op aardappelen. Vandaar.
Tot dusverre wordt aangenomen, dat hij begin oktober 1975 op weg van Falmouth, Massachusetts naar Falmouth, Cornwall tijdens de bereiding van een maaltijd over boord is geslagen van zijn bootje 'Ocean Wave' en verdronk. Althans, dat is de uiteindelijke conclusie van Ger van Elk, Bas Jan's beste vriend.

De 'Ocean Wave' (4,5 meter) werd op 9 april 1976, precies negen maanden na vertrek, door een Spaanse visserskotter gevonden, aan dek gehesen en op 16 april overgedragen aan autoriteiten van de marine te La Coruña.
Het officiële politierapport suggereert een explosie aan boord als gevolg van lekkend propaangas uit de kombuis. Het door Bas Jan ingepolyesterde toegangsluik, waaraan hij zichzelf permanent had vastgebonden via de life-line, is uit haar sponning gerukt. De toegang was een 'gapend gat' en de lijst van het verticale schuifluik vertoonde een 'rafelige rand' .

Bas Jan Aders broer, onze huidige ambassadeur te Hanoi (eerdere standplaatsen Beiroet, Lima, Singapore) en fervente sportzeiler, Eric Ader, heeft zo zijn twijfels. Hij heeft het wrak nooit zelf gezien. Het verdween uit de havenloods twee dagen voordat hij te La Coruña arriveerde in gezelschap van de toenmalige vrouw van Bas Jan, Mary Sue Andersen.
'Diefstal, corruptie of diplomatiek geheim,' daar houdt Eric Ader het op. De vissers, de Guardia Civil of Interpol. Wie van de drie?

Hoewel de deur van de loods niet geforceerd was, constateerde hij dat het metaalgaas van de omheining was doorgeknipt. Brandsporen op luik of kajuit heeft Eric niet gezien. Toen hij er, via de honorair consul en een tolk expliciet naar vroeg, werd dit gegeven 'schaapachtig' ontkend.
Eric, die oorspronkelijk met Bas Jan mee zou zeilen, kreeg een kartonnen doos met persoonlijke bezittingen. 'Drie paar rafelige herensokken, een totaal verwrongen en aangetaste filmcamera, een intacte sextant, het verfomfaaid paspoort. Dat was het.' Hoewel hij niets kan bewijzen, gelooft Eric niet in de theorie van een ongelukje.
'Bas Jan was een goede zeiler. Het explosie- verhaal klopt niet. Hij kookte volgens mij op kerosine of parafine.'
Er zijn meer vreemde aanwijzingen. 'Al na drie weken werd het radiocontact met de Amerikaanse kustwacht verbroken,' schrijft de kunsthistoricus Paul Andriesse in zijn boek over Bas Jan Ader - de enige hoogwaardige bron tot dusverre.

Vast staat, dat Bas Jan een tweede versie van zijn installatie 'In Search of the Miraculous' wilde realiseren. De eerste versie van dit werk bestond uit 16 zwart-wit foto's. Het laatste beeld leidt de kunstenaar naar de immateriële kracht van de muze: Bas Jan staat met een zaklantaarn aan het nachtelijke strand van de Pacific in het water te schijnen.
Na een succesvolle show bij de Claire Copland gallery in Los Angeles krijgt de kunstenaar, via de Amsterdamse galerie Art & Project, in september 1975 een tentoonstelling aangeboden in het Groninger Museum. Bas Jan is Groninger van geboorte. Na zijn show moet het museum dicht in verband met een verbouwing en het aantreden van een nieuwe directeur.

'In Search of the Miraculous II' moet een Atlantisch drieluik worden. Vertrek, overtocht en aankomst van de kunstenaar worden getoond in drie statische beelden. Poul ter Hofstede, museumcurator in de stad van het paard van Ome Loeks, herinnert zich het telefoongesprek, dat hij een dag voor vertrek (8 juli 1975) met Bas Jan voerde.
'Hoewel hij met het idee speelde het record van het Guinness Book of Records te breken, was de combinatie kunst en sport in die dagen een hachelijke zaak. Bas Jan vond het te macho. Om alle schijn te vermijden, dat de meerwaarde van het kunstwerk aan de sportieve prestatie werd toegeschreven, had hij extra water en aardappelen ingeslagen. Natuurlijk ging het hem ook om de sport. Hij was een zeer goede zeiler en was de oceaan al eens eerder overgestoken. Maar hij was toch in de eerste plaats kunstenaar. Hij bereidde zich minutieus voor. Het ging erom wat hij deed, maar meer nog wat zich daardoor in de hoofden van de mensen afspeelde.'
Hoewel Bas Jan absoluut niets moest hebben van de toen en vogue zijnde bodyart- performance, liet hij toch voor alle zekerheid drie maanden voor vertrek zijn blinde darm weghalen. Hij wilde absoluut niet ziek worden. Ook Ter Hofstede gelooft niet dat Bas Jan wilde verdwijnen. De show moest absoluut doorgaan.
Toch instrueert hij Mary Sue om, mocht hij niet aankomen, pas vanaf 12 december dat jaar te gaan zoeken. Drie maanden na de geplande aankomst.

Het Guinness record voor de Atlantische solo-zeiltocht (78 dagen) staat in 1975 op naam van Robert Manry, die tien jaar eerder het Falmouth-Falmouth traject (Massachusetts-Cornwall: 4.500 kilometer) aflegt in 12 etappes. Er staan in 1965 bij aankomst 50.000 mensen op de kade. Manry is wereldnieuws. De zeiler schrijft een bestseller. Bas Jan, een enthousiast lezer van de Reader's Digest, gebruikt het verhaal als leidraad voor zijn eigen tocht. Drie jaar eerder gebruikte hij al een tekst uit 'Het Beste' over de spectaculaire val van een kereltje langs de Niagarawaterval.

Manry's bootje 'Tinkerbelle' is een meter langer dan de 'Ocean Wave'. Ader heeft daardoor een grotere handicap: door de onverwachts dwars aanrollende golven kan je plotseling over boord slaan. Nadat hij een ontmoeting heeft met Russische treilers en op een morgen door een Sovjet-onderzeeboot wordt gewekt (!) beschrijft Manry zijn eerste val in het water:
'Wat er toen gebeurde kwam zo snel dat ik er nog steeds geen duidelijk beeld van heb. Ik herinner me dat ik me zat te verlustigen in de zon toen er plotseling een schuimende watermuur dwarsscheeps op Tinkerbelle stortte, hem volkomen overrompelde, en mij achterover in de oceaan deed buitelen. Het ene moment zat ik nog in de kuip, het andere lag ik achterste voren en onderste boven in het water, richting zeebodem.'

Manry breekt zijn vallen door de life-line, de navelstreng die reddingsvest en schip verbindt:
'Instinctief sloeg ik hevig met armen en benen, vechtend om weer boven te komen. Maar ik steeg langzaam, neergetrokken door mijn kleren. Mijn longen stonden op barsten toen mijn hoofd eindelijk boven het wateroppervlak uitschoot. Ik had verwacht de Tinkerbelle ondersteboven te zien drijven maar - vreugde aller tijden - ik zag hem, knap bootje als hij was, op de golven rijden als een zeemeeuw. Ik was met de reddingslijn, die om mijn middel was geknoopt, aan hem vastgebonden en wij waren niet meer dan drie meter van elkaar verwijderd. Ik reikte naar beneden, greep het touw beet en trok mezelf terug. Het was een hele worsteling om me in mijn natte kleren weer aan boord te hijsen, maar tenslotte plofte ik, naar adem happend, in de kuip neer en bleef daar liggen.'

Aders werk gaat over het vallen. Vanaf het eerste serieuze werk 'I 'm too sad to tell you' (1969, zelfportret, huilend) maakt Bas Jan steeds complexere installaties van zijn vallende lichaam, vallende voorwerpen in/of vallend water.
Kunstcritica Anna Tilroe ( in de Volkskrant, 16-7-93) interpreteert Aders kunst als een metafoor van het falen. Daarmee volgt ze de visie van haar collega Betty van Garrel, die destijds (1972) de huilfoto in NRC-Handelsblad beschreef als de performance van 'een potje grienen'. Haar conclusie: Ader is een sentimentele looser, een romantische softie, een probleemgeval en daarin niet bijster origineel. Anthony Haden Guest, de Amerikaanse kunstcriticus, interviewde voor zijn boek 'True Colors' (1996) Mary Sue Andersen, inmiddels hertrouwd met de kunstmanager Patrick Painter. Ze laat weten dat Bas Jan een zekere rivaliteit gevoelde voor de body-performer Cris Burden, die zichzelf onder andere door de arm schoot, zich onzichtbaar maakte in een galerie, en in een kajak de Golf van Mexico oppeddelde, om een week zoek te blijven. Deze laatste performance was een hommage aan de surrealist Arthur Cravan, die dezelfde actie uitvoerde in de twintiger jaren en inderdaad nooit meer terugkwam.

 

  film 1
film 2
film 3
film 4
film 5
film 6
film 7
film 7film 8

HOME
 

PICTEX
.


site created by
(19

 


 Jelle Jansen
99)©